Bart Jansen tuurt over het water. Als toezichthouder zwemwaterbeheer bij de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant controleert hij de waterkwaliteit, veiligheid en hygiëne van de binnen- en buitenbaden en natuurzwemwaterlocaties in Brabant.
‘Noord-Brabant is een van de provincies met het beste zwemwater.’
Vorig jaar nog was de Asterdplas een van de slechtste natuurzwemwaterlocaties van Brabant; de waterkwaliteit was onvoldoende waardoor er een negatief zwemadvies gold.
“De ganzen hier poepen nog veel meer dan de honden die worden uitgelaten”, vertelt Jansen. “Daarmee vervuilen ze strand en water en daar zijn de gasten weer niet blij mee. De ganzen worden op hun beurt gestoord in hun luxe habitat. Botsende belangen dus. Toen er vorig jaar niet meer gezwommen kon worden, kwam de omgeving meteen in actie met vrijwilligers. Er werd ook druk gezet richting de gemeente. Nu is de plas schoner en de omgeving veilig om te recreëren.”
De ganzen hier poepen nog veel meer dan de honden die worden uitgelaten.
De provincie is het bevoegd gezag als het gaat om de waterkwaliteit en de veiligheid in natuurzwemwater. Brabant telt in totaal 72 plassen met 92 locaties en 380 chloorzwembaden met 1.021 basins. Met de natuurzwemwaterlocaties erbij gaat het om 472 inrichtingen die vallen onder de Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden (Whvbz).
De controleurs zien toe op waterkwaliteit (hygiëne), veiligheid, geven zwemadvies en vaardigen in het uiterste geval een zwemverbod uit.
“Ieder jaar wordt natuurzwemwater formeel aangewezen. Een niet aangewezen recreatieplas is dus geen zwemplas”, legt Jansen uit.
Verkoeling
“In de zomerperiode is er soms sprake van hittestress. Mensen zoeken verkoeling en eigenlijk maakt het ze dan niet veel uit of het veilig is of niet.”
Het waterschap controleert de waterkwaliteit om de twee weken. De omgevingsdienst toetst die resultaten en gaat waar nodig over tot actie. Jansen: “We meten op E-coli (darmbacterie, red.) en op – simpel gezegd – poep (intestinale enterococcen, red.). In Brabant hebben we veel last van zwemmersjeuk, een allergische reactie met huiduitslag, en ook van blauwalg door fosfaten en ganzenpoep. Ter bestrijding doen we proeven met waterstofperoxide en met een kleisubstantie. Ook ratten zijn toenemende ziekteverspreiders. Via de urine zorgen ze voor de ziekte van Weil, die zelfs levensbedreigend kan zijn.”
Het gaat in Brabant om 72 plassen en 380 chloorzwembaden.
De Omgevingsdienst beperkt zich tot het plaatsen van informatieborden en informeert recreanten via de website. Daarnaast doet de dienst veiligheidsonderzoeken volgens een vast programma van jaarlijks 67 beperkte en 25 uitgebreide onderzoeken. Ook heeft de dienst taken bij het aanmelden van nieuwe zwemlocaties en bij calamiteiten (bijvoorbeeld een blauwalgenplaag). Maar het gaat vooral om toezicht en handhaving.
“Onze belangrijkste taak is om zwemmers te beschermen tegen zaken waar ze geen kijk op hebben”, aldus Jansen.
“Mensen kunnen harstikke ziek worden van het zwemmen, maar ze vertrouwen erop dat het allemaal goed geregeld is en meevalt. Wij zijn ervan overtuigd dat ons werk een goed doel dient. Als mensen dan toch hun eigen plan trekken, zijn de risico’s ook voor hen. Een gewaarschuwd mens…”